• tai-chiet
vervoeging van
tai-chiën

tai-chiet

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tai-chiën
    • Jij tai-chiet. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tai-chiën
    • Hij tai-chiet. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van tai-chiën
    • Tai-chiet!