stofte uit
- Geluid: stofte uit (hulp, bestand)
- stof·te uit
vervoeging van |
---|
uitstoffen |
stofte uit
- enkelvoud verleden tijd van uitstoffen
- Ik stofte uit.
- Jij stofte uit.
- Hij, zij, het stofte uit.
- Ik stofte uit.
- Het woord stofte uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.