Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ster·ker

Bijvoeglijk naamwoord

sterker

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van sterk
     En toen ik naar de eerste training in het Sportpalatset ging, nam Tage Lind- 185 strôm mijn tijd op voor de vijfentwintig en vijftig meter vrije slag, ik was op beide afstanden een stuk sneller geworden. Dat kwam natuurlijk niet alleen door de trainingen tussen onze steiger en die van de Von Rosens. Ik was simpelweg gegroeid en sterker geworden.[1]
Uitdrukkingen en gezegden
  • samen ben je sterker
samen kun je meer dan in je eentje
•  Samen ben je sterker dan alleen, ook al was het met een onbekend 18-jarig meisje dat nog minder ervaring in de bergen had dan ik. [2] 

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044632767
  2. Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018