sniðug
sniðug
- onbepaald (zonder lidwoord) nominatief vrouwelijk enkelvoud van sniðugur
sniðug
- onbepaald (zonder lidwoord) nominatief onzijdig meervoud van sniðugur
sniðug
- onbepaald (zonder lidwoord) accusatief onzijdig meervoud van sniðugur
sniðug
sniðug
sniðug