skiongelukjes

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  skiongelukjes    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ski·on·ge·luk·jes

Zelfstandig naamwoord

de skiongelukjes mv

1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord skiongeluk

Gangbaarheid

• Het woord skiongelukjes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.