simoniseert
- Geluid: simoniseert (hulp, bestand)
- si·mo·ni·seert
vervoeging van |
---|
simoniseren |
simoniseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van simoniseren
- Jij simoniseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van simoniseren
- Hij simoniseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van simoniseren
- Simoniseert!
- Het woord simoniseert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.