schuurtje
- schuur·tje
het schuurtje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schuur
- ▸ Mijn vrouw was daar in mijn afwezigheid al mee begonnen door ons schuurtje om te bouwen tot een B&B met eigen ingang.[1]
- Het woord schuurtje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schuurtje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be