roodstaarttoepajaatje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rood·staart·toe·pa·ja·tje

Zelfstandig naamwoord

het roodstaarttoepajaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord roodstaarttoepaja

Gangbaarheid