reglementeert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·gle·men·teert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
reglementeren |
reglementeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van reglementeren
- Jij reglementeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van reglementeren
- Hij reglementeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van reglementeren
- Reglementeert!
Gangbaarheid
- Het woord reglementeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.