reüsseerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: reüsseerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·us·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
reüsseren |
reüsseerde
- enkelvoud verleden tijd van reüsseren
- Ik reüsseerde.
- Jij reüsseerde.
- Hij, zij, het reüsseerde.
- Ik reüsseerde.