ralvogeltje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ralvogeltje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ral·vo·gel·tje
Zelfstandig naamwoord
het ralvogeltje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ralvogel
Gangbaarheid
- Het woord 'ralvogeltje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.