rømte
Deens
Woordafbreking
- røm·te
Werkwoord
rømte
- verleden tijd van rømme
Schrijfwijzen
Noors
Woordafbreking
- røm·te
Naar frequentie | 3626 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van rømt
rømte, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van rømt
Werkwoord
rømte
- verleden tijd van rømme
Nynorsk
Woordafbreking
- røm·te
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van rømt
rømte, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van rømt
Schrijfwijzen
Werkwoord
rømte
- verleden tijd van rømme