presideert
- Geluid: presideert (hulp, bestand)
- pre·si·deert
vervoeging van |
---|
presideren |
presideert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van presideren
- Jij presideert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van presideren
- Hij presideert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van presideren
- Presideert!
- Het woord presideert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.