Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • poe·ti·ni·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
poetiniseren

poetiniseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van poetiniseren
    • Ik poetiniseerde. 
    • Jij poetiniseerde. 
    • Hij, zij, het poetiniseerde. 

Gangbaarheid