peupom
peupom v
- (spreektaal) schoen, schuit
- «Fais gaffe mon ami, sinon je te fous un coup de peupom dans ta sale cheutron.»
- Uitkijken vriend, anders trap ik je tegen je rotkop. [1]
- «Fais gaffe mon ami, sinon je te fous un coup de peupom dans ta sale cheutron.»