patroneerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: patroneerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pa·tro·neer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
patroneren |
patroneerde
- enkelvoud verleden tijd van patroneren
- Ik patroneerde.
- Jij patroneerde.
- Hij, zij, het patroneerde.
- Ik patroneerde.