Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
passeer
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
passeer
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
pas·seer
Werkwoord
vervoeging van
passeren
passeer
eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
passeren
Ik
passeer
.
gebiedende wijs van
passeren
Passeer
!
(bij inversie)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
passeren
Passeer
je?