overschrijft
- over·schrijft
vervoeging van |
---|
overschrijven |
overschrijft
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overschrijven
- Jij overschrijft.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overschrijven
- Hij overschrijft.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van overschrijven
- Overschrijft!
vervoeging van |
---|
overschrijven |
overschrijft
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overschrijven
- ... dat jij overschrijft.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overschrijven
- ... dat hij overschrijft.
- Het woord overschrijft staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.