overlastte
- Geluid: overlastte (hulp, bestand)
- over·last·te
vervoeging van |
---|
overlasten |
overlastte
- enkelvoud verleden tijd van overlasten
- Ik overlastte.
- Jij overlastte.
- Hij, zij, het overlastte.
- Ik overlastte.
- Het woord overlastte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.