overdoe
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·doe
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overdoen |
overdoe
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overdoen
- ... dat ik overdoe.
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overdoen |
overdoe
- (in een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van overdoen
- ... dat men overdoe.