opzond
- op·zond
vervoeging van |
---|
opzenden |
opzond
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opzenden
- ... dat ik opzond.
- ... dat jij opzond.
- ... dat hij, zij, het opzond.
- ... dat ik opzond.
- Het woord opzond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.