opstapje
- op·stap·je
het opstapje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord opstap
- ▸ Autodiefstallen waren namelijk een opstapje naar zwaardere criminaliteit, zoals ze vroeger zeiden: met het kleine begint men, bij het grote houdt men op.[1]
- Het woord opstapje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opstapje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be