Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
oprakelt
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
oprakelt
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
op·ra·kelt
Werkwoord
vervoeging van
oprakelen
oprakelt
(in een bijzin)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
oprakelen
... dat jij
oprakelt
.
(in een bijzin)
derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
oprakelen
... dat hij
oprakelt
.