Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Voorkeuren
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
onduleer
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
onduleer
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
on·du·leer
Werkwoord
vervoeging van
onduleren
onduleer
eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
onduleren
Ik
onduleer
.
gebiedende wijs van
onduleren
Onduleer
!
(bij inversie)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
onduleren
Onduleer
je?