omzweeft
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- om·zweeft
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omzweven |
omzweeft
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzweven
- ... dat jij omzweeft.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzweven
- ... dat hij omzweeft.
vervoeging van |
---|
omzweven |
omzweeft
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzweven
- Jij omzweeft.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzweven
- Hij omzweeft.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van omzweven
- Omzweeft!
Gangbaarheid
- Het woord omzweeft staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.