Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·ver·woei·en

Werkwoord

vervoeging van
omverwaaien

omverwoeien

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van omverwaaien
    • ...dat wij omverwoeien. 
    • ...dat jullie omverwoeien. 
    • ...dat zij omverwoeien. 
Synoniemen