• och·tend·maalt
vervoeging van
ochtendmalen

ochtendmaalt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ochtendmalen
    • Jij ochtendmaalt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ochtendmalen
    • Hij ochtendmaalt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ochtendmalen
    • Ochtendmaalt!