• IPA: /nɛtʃɪɲiː/
  • ne·či·ní

nečiní

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord nečinit
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord nečinit