Deens

Woordafbreking
  • nært

Bijvoeglijk naamwoord

nært, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van nær


Noors

Woordafbreking
  • nært
Naar frequentie 4416

Bijvoeglijk naamwoord

nært, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van nær


Nynorsk

Woordafbreking
  • nært

Bijvoeglijk naamwoord

nært, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van nær