misverstonden
- mis·ver·ston·den
vervoeging van |
---|
misverstaan |
misverstonden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van misverstaan
- ...dat wij misverstonden.
- ...dat jullie misverstonden.
- ...dat zij misverstonden.
- ...dat wij misverstonden.
vervoeging van |
---|
misverstaan |
misverstonden