Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Voorkeuren
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
macereert
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
macereert
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
ma·ce·reert
Werkwoord
vervoeging van
macereren
macereert
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
macereren
Jij
macereert
.
derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
macereren
Hij
macereert
.
(
verouderd
)
gebiedende wijs meervoud van
macereren
Macereert
!