loodste
- loods·te
vervoeging van |
---|
loodsen |
loodste
- enkelvoud verleden tijd van loodsen
- Ik loodste.
- Jij loodste.
- Hij, zij, het loodste.
- Ik loodste.
- Het woord loodste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
loodsen |
loodste