kettingzagen
- ket·ting·za·gen
de kettingzagen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord kettingzaag
- ▸ Hij wijst naar de vele bomen die zijn omgewaaid en pakt twee kettingzagen uit zijn laadbak. "Nu gaan we doen waar we voor zijn gekomen: mensen helpen."[1]
- Het woord kettingzagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Ryan Hermelijn“Zorgen over verzekeringscrisis Florida groeien na orkaan Milton” (12-10-2024), NOS