katalyseerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ka·ta·ly·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
katalyseren |
katalyseerde
- enkelvoud verleden tijd van katalyseren
- Ik katalyseerde.
- Jij katalyseerde.
- Hij, zij, het katalyseerde.
- Ik katalyseerde.
vervoeging van |
---|
katalyseren |
katalyseerde