Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
jumeleerde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
jumeleerde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
ju·me·leer·de
Werkwoord
vervoeging van
jumeleren
jumeleerde
enkelvoud verleden tijd van
jumeleren
Ik
jumeleerde
.
Jij
jumeleerde
.
Hij, zij, het
jumeleerde
.