inwortelt
- in·wor·telt
vervoeging van |
---|
inwortelen |
inwortelt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwortelen
- ... dat jij inwortelt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwortelen
- ... dat hij inwortelt.
- Het woord inwortelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.