• im·pul·sen

de impulsenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord impuls
100 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


vervoeging van
impulsar

impulsen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van impulsar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van impulsar