improvisatievermogentjes

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  improvisatievermogentjes    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• im·pro·vi·sa·tie·ver·mo·gen·tjes

Zelfstandig naamwoord

de improvisatievermogentjes mv

1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord improvisatievermogen