identificeer
- iden·ti·fi·ceer
vervoeging van |
---|
identificeren |
identificeer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van identificeren
- Ik identificeer.
- gebiedende wijs van identificeren
- Identificeer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van identificeren
- Identificeer je?
- Het woord identificeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.