hyperboliseerden
- hy·per·bo·li·seer·den
vervoeging van |
---|
hyperboliseren |
hyperboliseerden
- meervoud verleden tijd van hyperboliseren
- Wij hyperboliseerden.
- Jullie hyperboliseerden.
- Zij hyperboliseerden.
- Wij hyperboliseerden.
vervoeging van |
---|
hyperboliseren |
hyperboliseerden