huisartsenhulpen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  huisartsenhulpen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• huis·art·sen·hul·pen

Zelfstandig naamwoord

de huisartsenhulpen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenhulp

Gangbaarheid

• Het woord huisartsenhulpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.