honderdzesenvijftigjarigen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·zes·en·vijf·tig·ja·ri·gen

Zelfstandig naamwoord

de honderdzesenvijftigjarigenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord honderdzesenvijftigjarige

Gangbaarheid