Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
hockeyt
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
hockeyt
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
hoc·keyt
Werkwoord
vervoeging van
hockeyen
hockeyt
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
hockeyen
Jij
hockeyt
.
derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
hockeyen
Hij
hockeyt
.
(
verouderd
)
gebiedende wijs meervoud van
hockeyen
Hockeyt
!