• heugt
vervoeging van
heugen

heugt

  1. onpersoonlijke tegenwoordige tijd van heugen
vervoeging van
heugen

heugt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heugen
    • Jij heugt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heugen
    • Hij heugt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van heugen
    • Heugt!