hermat
- her·mat
vervoeging van |
---|
hermeten |
hermat
- enkelvoud verleden tijd van hermeten
- Ik hermat.
- Jij hermat.
- Hij, zij, het hermat.
- Ik hermat.
- Het woord hermat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
hermeten |
hermat