• her·be·wa·pent
vervoeging van
herbewapenen

herbewapent

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbewapenen
    • Jij herbewapent. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbewapenen
    • Hij herbewapent. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van herbewapenen
    • Herbewapent!