Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·as·fal·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
herasfalteren

herasfalteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van herasfalteren
    • Ik herasfalteerde. 
    • Jij herasfalteerde. 
    • Hij, zij, het herasfalteerde.