harrisgrondeekhoorntje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • har·ris·grond·eek·hoorn·tje

Zelfstandig naamwoord

het harrisgrondeekhoorntjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord harrisgrondeekhoorn

Gangbaarheid