hales
- ha·les
hales
- lijdende vorm in de tegenwoordige tijd van hale
hales, g
- onbepaalde vorm genitief enkelvoud van hale
vervoeging van |
---|
haler |
hales
- tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van haler
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van haler
- ha·les
Naar frequentie | > 50000 |
---|
hales
- lijdende vorm van hale
hales, m
- onbepaalde vorm genitief enkelvoud van hale
vervoeging van |
---|
halar |
hales