grondt
- grondt
vervoeging van |
---|
gronden |
grondt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gronden
- Jij grondt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gronden
- Hij grondt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gronden
- Grondt!
- Het woord grondt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.